Matrix van dubbelzinnigheid

Published on 15 January 2024 at 11:00

"Wat zit er in een naam? Wat we een roos noemen zou bij een andere naam net zo zoet ruiken." William Shakespeare.

"What's in a name?" Grapten we bij een vorige job van mij.

"ALLES", antwoordden we in koor.

Woorden wegen zwaar. Definities zijn relevant. Woorden bepalen verwachtingen en verwachtingen dicteren acties en acties hebben gevolgen.

We herdefiniëren dingen graag op basis van sociale en politieke bewegingen. Het woord gay in Engels betekende vroeger gelukkig. Sindsdien heeft het die betekenis verloren. Prima. Taal is flexibel. Poëzie is taal en poëzie kent geen regels. Daarom, als poëzie taal is dan is taal poëzie en daarom zou taal zelf geen regels moeten hebben. Een leuke drogreden.

Poëzie is een onderdeel van taal maar het is niet de taal zelf. Het is juist door het overtreden van de regels dat we weten wanneer een tekst een gedicht is of gewoon een technische uitleg van de omwentelingen per minuut van een wasmachine.

De regels zijn waar uitzonderingen op gebaseerd zijn.

Stof tot nadenken.

Ik heb vandaag de dag moeite met de misvatting van mijn woorden wanneer ik met mensen spreek. Ik ben verdwaald in de matrix van onze dubbelzinnigheid.

"Ik heb gisteravond een vriend ontmoet." Ik pauzeer en let op de gezichtsuitdrukking. Ik zie de twijfel zich manifesteren als hun lippen lichtjes samengetrokken worden en hun wenkbrauwen subtiel omhoog gaan. "Gewoon een vriend." Voeg ik er voorzichtig aan toe.

Hoe zijn we hier gekomen? Vraag ik mezelf af.

Matt Walsh's (ja ik citeer hem weer!) What's a Woman tour is een geweldig voorbeeld van hoe dubbelzinnigheid werkt op een onbewust niveau.

En? Wat is een vrouw? Er was geen duidelijk antwoord. Nog niet zo lang geleden was het vrij duidelijk wat een vrouw definieerde. In feite probeerde niemand het überhaupt te definiëren, buiten een strikt medische context: zoals op de operatietafel bijvoorbeeld.

En toch zijn we er!

Onlangs nam ik de woorden van een kennis over wetenschap onder de loep.

"Wetenschap is wat we weten dat we niet weten." In een notendop. Zijn definitie was een beetje langer dan dat.

Inderdaad, de zwaartekracht kan op een gegeven moment veranderen en dan gelden de wetten van Newton niet meer.

De denkfout: Omdat feiten op een bepaald moment kunnen veranderen (omdat ze niet absoluut bewezen kunnen worden, over een onbepaalde tijd en met behulp van andere feiten als absolute en bepalende meetinstrumenten), maakt dat die feiten in wezen nietig. Alles kan en bestaat en NIET tegelijkertijd. En dan komen we op het punt van: niets doet er echt toe!

Volgens zijn definitie van wetenschap kunnen we aan de aarde vastzitten door de zwaartekracht en tegelijkertijd door een andere kracht die we nog niet begrijpen. En het klinkt allemaal heel logisch.

In de niet al te verre toekomst zouden robots mensen kunnen zijn en mensen robots, omdat we toch allemaal van sterrenstof zijn gemaakt.

Er zit waarheid in drogredenen.

Ik ga zijn argument niet deconstrueren. Daarvoor vertrouw ik op grotere geesten dan de mijne. Iemand?

Ik zal BASIS gaan... en gewoon zeggen: "Hier en nu. Wat zijn we?"

"Het leek alsof ze blij was om alleen te gaan!" Zei mijn dochter boos.

"Ok!" Antwoordde ik ongeduldig. Ik was niet in de stemming om deze ruzie tussen zussen te ontwarren.

"Maar heb je het haar gevraagd?" Drukte ik haar op het hart.

"Haar wat gevraagd?" Antwoordde ze nors.

"Heb je haar gevraagd of haar reactie geluk was om alleen te gaan of gewoon geluk om te gaan?" Legde ik uit.

Er viel een stilte. Ik keek toe hoe de logica in haar wrevel infiltreerde. Het was geen strikvraag, maar een test van ondubbelzinnige communicatie. Ik kreeg geen antwoord en ik kon zien dat het punt niet helemaal was doorgedrongen. Ik stelde een aantal directe vragen aan haar zus en wendde me toen weer tot haar. "Dus?" Begon ik. "Lijkt het nog steeds zo?"

"Nee." Antwoordde ze zachtjes. Spijker op zijn kop! Dacht ik.

Hoe voorkom je logische denkfouten? Ik heb geen idee. Waarheid kan leugen zijn en leugen kan waarheid zijn. Een vrouw is ook een man en ook beide en geen van beide. Een vriend kan platonisch zijn, maar ook niet-platonisch. De lijst is niet uitputtend. Het is te laat om de klok terug te draaien naar eenvoudigere, strengere tijden. Pas je aan of val door de mand...bij wijze van spreken.

Wat te doen?

"Een plaag op jullie beide huizen!"

Nee! Fopje!

Ik denk: VRAAG HET GEWOON!

Add comment

Comments

There are no comments yet.